Modale partikels: even, eens, nou, maar, misschien, ...

De Nederlandse modale partikels kan je meestal niet vertalen naar andere talen, maar ze worden heel veel gebruikt in het Nederlands, vooral in de gesproken taal. Door deze woorden weet je met welke emotie mensen dingen zeggen of schrijven.

We kunnen de modale partikels verdelen in drie groepen:

Zacht en vriendelijk Neutrale partikels Maakt alles harder
Links: gras met een vlinder. Rechts: een woestijn met een cactus

Even

Functie: een korte tijd, snel en simpel.
Even maakt jouw zin ook vriendelijker.

Voorbeelden:
  • "Wacht even!"
    Je moet een minuut wachten, niet de hele dag. Zonder "even" is het te direct.
  • "Mag ik jouw pen even lenen?"
    Ik heb hem 5 minuten nodig, niet de hele dag.
  • "Kan je even het licht aandoen?"
    Het is een kort en simpel klusje. Je vraagt het op een vriendelijke manier.
  • "Ik ga even naar de winkel."
    Het zal snel zijn: ik moet maar een paar dingen kopen.
Dit kan niet:
  • "Weet u even waar het station is?"
    Als je weet waar het station is, weet je dat langer dan 5 minuten. Gebruik hier "misschien".
In welke zinnen kan je dit woord gebruiken?
normale zinvraagzinimperatief

Misschien

Een man die buigt.

Functie: een beleefde en vriendelijke vraag.
Het effect van misschien is groter dan alstublieft.

Voorbeelden:
  • "Weet u misschien hoe laat het is?"
  • "Kan je de muziek misschien iets zachter zetten?"
  • "Verkoopt u misschien ook elektrische gitaren?"
Dit kan niet:
  • "Ik wil misschien een treinkaartje naar Delft."
    Gebruik misschien in vraagzinnen. Gebruik hier "Ik wil graag".
  • "Mag ik misschien een plastic zakje alstublieft?"
    Misschien is beleefd genoeg. "Alstublieft" is hier niet nodig.
In welke zinnen kan je dit woord gebruiken?
normale zinvraagzinimperatief
Het kan, maar als je beleefd wil zijn, gebruik dan een vraagzin.
Dit geldt voor "misschien" als modaal partikel, niet voor het gewone woord "misschien".

Maar

Een meisje voert een vogeltje: Kom maar vogeltje, wees maar niet bang.

Functie 1: iemand steunen, moed en vertrouwen geven.

Voorbeelden:
  • "Maak je maar geen zorgen."
  • "Ga maar naar huis, ik maak het werk wel af."
  • "Kom maar bij mij"
    "Maar" wordt veel gebruikt in (zeer dramatische) liedjes zoals deze. Leuke opdracht: tel het aantal keer "maar".
Een kindje vraagt een sigaret aan zijn gamende vader. De vader zegt: Je doet maar.

Functie 2: iets dat je niet interesseert. Het kan je niets schelen.

Voorbeelden:
  • "Je doet maar."
    Dat betekent: doe maar wat je wil. Het interesseert me niet wat je doet.
  • "Laat maar. Ik doe het wel zelf."
  • "Als je niet wil luisteren, ga dan maar alleen."
Dit kan niet:
  • "Je wordt maar hopelijk snel beter."
    Gebruik maar in imperatieven, zoals "Word maar snel beter."
In welke zinnen kan je dit woord gebruiken?
normale zinvraagzinimperatief
Het kan, maar imperatieven gebruiken we vaker.
Dit geldt voor "maar" als modaal partikel, niet voor het gewone woord "maar".

Gewoon

Een meisje probeert een blik te openen met een hamer. Een tweede meisje vraagt: Waarom gebruik je niet gewoon een blikopener?

Functie 1: de simpelste en meest logische optie.

Voorbeelden:
  • "Ga gewoon op de fiets als je die files zat bent."
  • "Je moet gewoon op tijd opstaan."
  • "Waarom bestellen we niet gewoon een pizza?"

Functie 2: verbazing, iets benadrukken.

Voorbeelden:
  • "Dit is gewoon bizar!"
  • "Het regende gewoon zes uur zonder pauze."
In welke zinnen kan je dit woord gebruiken?
normale zinvraagzinimperatief

met "niet"
Dit geldt voor "gewoon" als modaal partikel, niet voor het adjectief "gewoon".

Eens

Een meisje dat wijst naar haar horloge.

Functie: het moet nu, niet over 5 minuten.

Voorbeelden:
  • "Kijk eens! Een regenboog!"
    Je moet nu kijken, want straks is de regenboog weer weg.
  • "Lees de tekst eens voor."
    Ouders en leraren gebruiken deze vorm vaak.
  • "Ik zal morgen eens kijken."
    Dit kan ook: dat betekent dat je het morgen doet en niet later.
In welke zinnen kan je dit woord gebruiken?
normale zinvraagzinimperatief
Het vaakst gebruiken we "eens" in een imperatief.

Soms

Annabelle verandert in een weerwolf. Sanne vraagt: Heb je soms iets verkeerds gegeten?

Functie: het maakt de vraag sterker. Het is alleen voor gesloten (ja of nee) vragen. Je bent echt benieuwd naar het antwoord. "Soms" is dus niet voor retorische vragen.

Voorbeelden:
  • "Wil je soms wat drinken?"
    Je weet het antwoord niet. Je gebruikt "soms" niet als je zeker weet dat iemand "ja" antwoordt.
  • "Heb jij mijn sleutels soms gezien?
  • "Ben jij soms verliefd op haar?"
Dit kan niet:
  • "Waar was je gisteren soms?"
    "Soms" is niet voor open vragen, maar enkel voor vragen die we met "ja" of "nee" kunnen beantwoorden.
In welke zinnen kan je dit woord gebruiken?
normale zinvraagzinimperatief
Dit geldt voor "soms" als modaal partikel, niet voor het gewone woord "soms" als frequentie.

Nou

Een meisje kijkt boos en steunt met haar hoofd op haar hand.

Functie: irritatie, vaak nadat je lang hebt moeten wachten. Je verliest je geduld.

Voorbeelden:
  • "Ben je nou nog niet klaar?"
    Na lang wachten verlies je je geduld.
  • "Stop nou met praten en ga aan het werk!"
  • "Waar blijf je nou?"
    Als je lang op iets of iemand hebt gewacht.
  • "Ik vroeg je om een e-mail te sturen. Is dat nou echt zo moeilijk?!"
In welke zinnen kan je dit woord gebruiken?
normale zinvraagzinimperatief
Dit geldt voor "nou" als modaal partikel, niet voor het gewone woord "nou" als synoniem van "nu".

Toch

Een meisje is gigantisch kwaad en schreeuwt met haar handen in de lucht.

Functie: je bent kwaad. Vaak is dit spontanere woede dan "nou".

Voorbeelden:
  • "Hou toch je mond!"
    Met deze zinnen maak je geen vrienden.
  • "Doe toch normaal!"
  • "Laat die hond nou toch niet alleen thuis."
    Nou en toch gaan vaak samen voor een sterker effect.
Dit kan niet:
  • "Is dat toch zo moeilijk?"
    Voor vraagzinnen kan je beter "nou" gebruiken.
In welke zinnen kan je dit woord gebruiken?
normale zinvraagzinimperatief
Dit geldt voor "toch" als modaal partikel, niet voor het gewone woord "toch".

Je kan de modale partikels ook combineren.

Op deze manier kan je heel precies analyseren wat deze lerares zegt:

Een boze juf zegt tegen een leerling: Luister nou toch gewoon eens even!

Combineren: de volgorde

De meest gebruikte volgorde:

nou - misschien - soms - toch - maar - gewoon - eens - even

Veelgebruikte combinaties

misschien even kleine, beleefde vraag
nou toch grote irritatie
eens even moet nu, maar duurt niet lang
nou eens het geduld is op
maar gewoon overtuigen om de beste optie te kiezen