Zinsbouw: alle vormen
De positie van de woorden in het Nederlands verandert steeds, maar gelukkig zijn er duidelijke regels.
Een simpele zin
Een normale zin:
- Sanne
(onderwerp) - drinkt
(werkwoord) - koffie
(rest) - .
Een vraag:
- Drinkt
(werkwoord) - Sanne
(onderwerp) - koffie
(rest) - ?
Welk woord staat er voor de basiszin?
Nu zetten we voor de basiszin één of meer woorden.
Na welke woorden krijgen we welke zinsbouw?
Normale zin
Na de woorden:
en, maar, want, of (or), dus*
* = Bij dus mag je kiezen: met inversie of zonder inversie.
Bijzin
Na de woorden:
dat omdat doordat voordat zodat ... | als zoals |
of (if) alsof |
die | ||
hoewel terwijl | toen sinds |
Vraagwoorden zonder dat er een vraag is:
wie, wat, waar, wanneer, waarom, hoe, welk(e)
Inversie
Na alle andere woorden / zinsdelen.
Voorbeelden
Dit is de structuur van een zin:
- En
- Nu
- Omdat
- onderwerp
- werkwoord
- rest
- perfectum
infinitief
om...te - .
Een echte zin:
- -
- Elk jaar
- Doordat
- Joost
- koopt
- een vliegtuig
- .
Let op bij de jij-vorm: bij een inversie verdwijnt de 't':
- Want
- Volgens mij
- Omdat
- je
- hebt
- veel geduld
- .
Met een voorzetsel
Het voorzetsel (van) hoort bij de rest en blijft dus op dezelfde plaats. Zelfs als het voorzetsel bij het werkwoord hoort, zoals bij houden van:
- -
- Helaas
- Ik zie dat
- Sylvia
- houdt
- van
- grote risico's
- .
Met een infinitief
- en
- Plotseling
- Totdat
- Het rendier
- wilde
- niet meer
- lopen
- .
Met een perfectum
- -
- Vorig jaar
- Sinds
- Ik
- heb
- schaatsen
- gekocht
- .
Om...te
- Want
- Nu
- Terwijl
- Ze
- rent
- door de stad
- om de trein te halen
- .
Nog een voorbeeld
Let op: bij een bijzin komt het onderwerp (er) direct na dat, omdat, als, ...:
- -
- In Utrecht
- Omdat
- Vanavond
- is
- er
- een concert
- .